![]() |
![]() |
![]() |
Tandsteen |
||
Tandsteen algemeen
|
||
Tandsteen. |
||
Subgingivaal- en supragingivaal tandsteen
|
||
Er zijn twee soorten tandsteen, supragingivaal-, boven het tandvlees, en subgingivaal- tandsteen, onder het tandvlees. Supragingivaal tandsteen bevat gemiddeld 37% mineralen en subgingivaal tandsteen 58%. Het subgingivale tandsteen is bijzonder moeilijk te verwijderen , omdat het harder is en omdat het moeilijk te bereiken is, tussen de tanden en kiezen onder het tandvlees. Tandsteenkristallen dringen ook de onregelmatigheden in het tandoppervlak binnen waardoor de hechting bevorderd wordt. Op de worteloppervlakken kan tandsteen daardoor niet altijd worden verwijderd zonder de tandhals te beschadigen. |
![]() |
![]() Sub-gingivaal tandsteen. |
Tandsteen aan de tongzijde
|
||
![]() tandsteen Het tandsteen maakt het moeilijk om de bakteriële aanslag te verwijderen, door de ruwheid ervan en de onbereikbaarheid van de tandvleesrand door het overhangende harde materiaal. |
||
Tandsteen aan de tongzijde
|
||
Tandsteen vormt zich het sterkst aan de tongzijde van de onderste snijtanden. Op de kiezen vormt zich het meeste tandsteen bij de uitgangen van de speekselkanaaltjes. Aan de wangzijde van de achterste kiezen is de speekselvloed veel kleiner, waardoor er weinig calciumfosfaat neerslaat. |
||
Pellicle
|
||
Speekseleiwitten hechten zich aan het tandoppervlak en vormen een zg. pellicle. Direct daarna hechten zich verschillende bakteriën aan die laag dmv draadvormige uitsteeksels (fimbriae, flagellen) en specifieke proteïnen. Na de hechting van de pionierorganismen vestigen zich andere bakteriën op het tandoppervlak. Wanneer bakteriën eenmaal aan het tandoppervlak zijn gehecht veranderen zij in bakteriën die een slijmlaag produceren -de plak. |
||
Speeksel en Calciumsulfaten
|
||
Het speeksel is verzadigd van calciumfosfaten en vormt samen met de plakvloeistoffen de drijvende kracht achter de tandsteenformatie. Zowel de speekselvloed, als de zuurgraad (pH) van de plaque bepalen de neerslagsnelheid van calciumfosfaten. |
||
Tandsteen, mineralisatie
|
||
Bepaalde stoffen in de bakterie-membranen (fosfolipiden, proteolipiden) spelen een sleutelrol in de microbiële mineralisatie. De ruwheid van het tandoppervlak is een belangrijke faktor in de aanhechting van tandplak (en tandsteen). Poets uw tanden met een zachte tandpasta, of een tandpasta die de plaque als het ware van het tandoppervlak afrolt (peeling), zoals Monday-Morning tandpasta en Asba rood tandpoeder. |
||
Speeksel en tandsteen
|
||
Het ureum in het speeksel uit de grote speekselklieren verlaagt de zuurgraad (verhoogt de pH) in de plak, en bevordert de neerslag van calciumfosfaat. Er ontstaat dus meer minerale neerslag in de gebieden waar de speekselvloed groot is. Speeksel, meer dan water in de mond. |
||
Tandsteen en Parodontitis
|
||
Tandsteen en Parodontitis (terugtrekkend tandvlees). |
||
Tandpasta
|
||
Tandpasta |
![]() |
![]() |
Tandsteen verwijderen
|
||
Probeer liever niet zelf tandsteen te verwijderen met scherpe voorwerpen. |
![]() |
![]() Durr Vector Een pijnloze verwijdering van tandsteen met minimale schade aan de tandhalzen is mogelijk met de Vecto van de firma Dürr. |
Tandsteen op implantaat
|
||
![]() Tandsteen op een metalen implantaat. |
||
Implantaten
|
||
Implantaten. |
||
(c) 2010 - All rights reserved |